|
SCIENTOLOGY: EEN BONAFIDE RELIGIE
Op 13 augustus 1996, besloot het Hooggerechtshof van Oostenrijk dat scientologen worden beschermd door de niet-discriminatie clausule van de Europese Conventie en
niet vanwege hun religieuze overtuigingen gediscrimineerd mogen worden.
In Frankrijk verklaarde het Hof van Beroep in Lyon op 28 juli 1997, dat de Scientology kerk het recht heeft zich een religie te noemen en onder de bestaande wetten geheel vrij is bij het ontwikkelen van haar activiteiten, zoals haar zendingswerk en bekeringsactiviteiten.
Volgend op dit besluit, gaf het Hooggerechtshof van Italië op 8 oktober 1997 een historische verklaring uit over de Scientology kerk, waarmee de beslissing van een lagere rechtbank, die de definitie van een bonafide religie zeer strikt bepaalde door het volgen van uitsluitend joods-christelijke criteria, werd geannuleerd. Het Hooggerechtshof stelde dat dit beeld van religie gebaseerd was op filosofische en historisch-sociale veronderstellingen die niet correct zijn en teniet gedaan worden door de duidelijk ontbrekende logica in de beweegredenen.
In een precedent-scheppend besluit in Duitsland, op 6 november 1997, erkende de Federale Bestuurskamer dat auditing, volgens de statuten, een vorm van spirituele counseling is en dat seminars en cursussen voor het bereiken van een hoger bestaansniveau zijn gebaseerd op de gemeenschappelijke overtuigingen van de leden.
In veel landen waar de Scientology kerk nog maar recentelijk is gevestigd, zijn regeringen tot dezelfde conclusie gekomen. Het Hof van de hoofdstad Budapest erkende de Scientology kerk in 1991 officieel in Hongarije. Daarna volgde er erkenning in Albanië, en in december 1996 erkende Kazakstan de religiositeit van de kerk aldaar.
|